-
Zetel Antwerpen
Th. Van Rijswijckplaats 7
2000 Antwerpen
T 03 203 44 00
F 03 232 79 37 -
Zetel Kempen
Kleinhoefstraat 6
2440 Geel
T 014 63 95 70
Ondernemingsnummer BE0627 844 475
Sociaal recht, Inhaalrust, Arbeidstijdorganisatie
25 oktober 2022
Bouwbedrijven sluiten volgende week de deuren op 31 oktober, 1 november en 2 november 2022. Dat is zo afgesproken door de sociale partners in het kader van de arbeidsduurvermindering. Maar mag een aannemer op deze dagen toch werkzaamheden uitvoeren?
In de bouwnijverheid wordt de arbeidsduurvermindering gerealiseerd via het toekennen van 12 rustdagen per jaar. Op die manier wordt de effectieve wekelijkse arbeidsduur, die 40 uur bedraagt, op jaarbasis teruggebracht tot 38 uur.
De reglementaire basis van het stelsel van de rustdagen vinden we in het KB nr. 213 van 26 september 1983. De arbeiders uit de bouwnijverheid hebben op basis van dit KB voor elk jaar recht op 6 rustdagen. De overige 6 rustdagen worden toegekend op basis van een CAO die telkens in het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf wordt afgesloten.
Voor het jaar 2022 werden er inhaalrustdagen vastgelegd op 31 oktober en 2 november 2022.
Tijdens de 12 inhaalrustdagen geldt er een principieel verbod tot tewerkstelling, zowel voor bouwvakarbeiders, bedienden, leerlingen als uitzendkrachten.
Hierop bestaan uitzonderingen:
Het gaat om:
Onder een ‘intense activiteit’ wordt een ‘activiteit verstaan die normaal gezien aanleiding zou kunnen geven tot het verrichten van bijkomende uren’. Dit uitzonderingsgeval geldt vooral voor de installateurs in centrale verwarming.
Van dit uitzonderingsgeval kan echter enkel gebruik gemaakt worden voor de rustdagen toegekend bij CAO, namelijk de laatste 6 rustdagen. Voor 31 oktober en 2 november kan u dus beroep doen op deze uitzondering.
Werken tijdens inhaalrustdagen kan niet gerechtvaardigd worden doordat een bepaalde uitvoeringstermijn nageleefd moet worden.
Wanneer van één van voormelde uitzonderingen op het verbod tot werken tijdens de inhaalrustdagen gebruik gemaakt wordt, moet geen toelating bij Toezicht op de Sociale Wetten aangevraagd worden.
In het geval van overuren op een inhaalrustdag (wanneer de arbeidsprestaties niet in het arbeidsreglement zijn opgenomen) moet het Toezicht op de Sociale Wetten wel uiterlijk de dag voordien worden ingelicht en, als dit onmogelijk is, in de daaropvolgende 24 uur.
Het arbeidsreglement (of een kopie ervan) moet worden bijgehouden op de bouwplaats waar op een inhaalrustdag werken worden uitgevoerd.
Werknemers die tijdens één of meerdere inhaalrustdagen werken, behouden hun recht op inhaalrust. Deze inhaalrust moet binnen de 6 daaropvolgende weken toegekend worden. Voor arbeidsprestaties in een periode van intense activiteit, wordt deze termijn naar 7 maanden gebracht.
De inhaalrust bedraagt een volle dag indien de arbeid langer dan vier uren heeft geduurd en een halve dag indien hij niet langer dan vier uren heeft geduurd: in het laatste geval moet de inhaalrust vóór of na 13 uur worden verleend en mag op die dag niet langer dan vijf uur arbeid worden verricht.
Werknemers die tijdens één of meerdere inhaalrustdagen werken, ontvangen hiervoor hun normaal loon.
Het overtreden van het verbod van tewerkstelling op rustdagen wordt gesanctioneerd met een sanctie van het niveau 2 volgens de bepalingen van het Sociaal Strafwetboek: een strafrechtelijke geldboete van € 400 tot € 4.000 of een administratieve geldboete van € 200 tot € 2.000. De geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers.
Tijdens de 10 wettelijke feestdagen van het kalenderjaar mogen werkgevers hun werknemers niet tewerkstellen. Eén van deze feestdagen is 1 november.
In de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen wordt er geen specifieke afwijking gedefinieerd, maar wordt er wel verwezen naar de gevallen waarin werken op zondag is toegestaan.
Hier zijn dezelfde uitzonderingen op het verbod van zondagarbeid van toepassing, zoals hiervoor vermeld onder zondagarbeid.
De werkgever moet uiterlijk 8 dagen na de feestdag waarop de werknemer werd tewerkgesteld en in elk geval vóór de dag waarop inhaalrust wordt verleend het Toezicht op de Sociale Wetten verwittigen.
In het geval van overuren op een feestdag (d.i. wanneer de arbeidsprestaties niet in het arbeidsreglement zijn opgenomen), moet het Toezicht op de Sociale Wetten uiterlijk de dag voordien worden ingelicht en, als dit onmogelijk is, in de daaropvolgende 24 uur.
Het arbeidsreglement (of een kopie ervan) moet worden bijgehouden op de bouwplaats waar op een feestdag werken worden uitgevoerd.
Elke werknemer die op een (vervangingsdag voor een) feestdag voor een feestdag wordt tewerkgesteld, heeft recht op inhaalrust.
De inhaalrust moet worden toegekend binnen 6 weken na de (vervangingsdag voor een) feestdag waarop de werknemer heeft gewerkt. De inhaalrust moet samenvallen met een dag waarop de werknemer normalerwijze had gewerkt. Er is dus een effectieve inhaalrustdag.
De inhaalrust is bezoldigd. De werknemer die tewerk werd gesteld op een (vervangingsdag voor een) feestdag heeft recht op een betaalde rustdag aangezien de feestdag een bezoldigde dag is. Voor de tijdens een feestdag verrichte arbeid is het normale loon verschuldigd.
De inhaalrust bedraagt een volle dag indien de arbeid langer dan vier uren heeft geduurd en een halve dag indien hij niet langer dan vier uren heeft geduurd: in het laatste geval moet de inhaalrust vóór of na 13 uur worden verleend en mag op die dag niet langer dan vijf uur arbeid worden verricht.
Indien de tijdens een feestdag geleverde prestaties met overuren overeenstemmen, geven deze overuren recht op de betaling van een overloon, gelijk aan 100 % van het normale loon.
Werkgevers, hun lasthebbers of aangestelden die, in strijd met de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen :
kunnen een sanctie van het niveau 2 volgens de bepalingen van het Sociaal Strafwetboek oplopen: een strafrechtelijke geldboete van € 400 tot € 4.000) of een administratieve geldboete (van € 200 tot € 2.000). De geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers.
MEER VRAGEN OVER DIT ONDERWERP?
Catheline De Vree
Juridisch adviseur sociaal recht en bouwrecht
03 203 44 10
catheline.devree@embuild.be
Ellen Keteleer
Juridisch adviseur sociaal recht
03 203 44 04
ellen.keteleer@embuild.be