-
Zetel Antwerpen
Th. Van Rijswijckplaats 7
2000 Antwerpen
T 03 203 44 00
F 03 232 79 37 -
Zetel Kempen
Kleinhoefstraat 6
2440 Geel
T 014 63 95 70
Ondernemingsnummer BE0627 844 475
Sociaal recht, Arbeidsongeschiktheid, Schorsing van de arbeidsovereenkomst
05 februari 2021
Langdurig zieke werknemers worden via een re-integratietraject begeleid om terug aan het werk te gaan bij hun werkgever. Dat bepaalt de reglementering betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers. De arbeidsarts en een adviserend arts spelen een belangrijke rol in de beoordeling van de mogelijke werkhervatting of arbeidsongeschiktheid.
Met deze nieuwe reglementering kan ook de werkgever het initiatief nemen om een re-integratietraject op te starten.
Het beëindigen van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht is pas mogelijk nadat het re-integratietraject doorlopen is en er geen aanpassing aan de werkpost mogelijk is of een andere functie voorhanden. Dat staat beschreven in een aanpassing in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Om de re-integratie te bevorderen kan de werknemer tijdelijk of definitief aangepast of ander werk verrichten. De begeleiding van de arbeidsongeschikte werknemer gebeurt aan de hand van een voorgeschreven re-integratietraject:
Het re-integratietraject geldt niet voor de wedertewerkstelling na een arbeidsongeval of beroepsziekte. Dat bepaalt de Codex over het welzijn op het werk.
Toch sluit de wet werknemers die definitief arbeidsongeschikt zijn wegens arbeidsongeval of beroepsziekte niet uit van het re-integratietraject, volgens een advies van de FOD Werkgelegenheid. Wel moet er een duidelijk onderscheid zijn tussen enerzijds het re-integratietraject in geval van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval van gemeen recht en anderzijds de specifieke procedure van wedertewerkstelling in geval van arbeidsongeschiktheid wegens arbeidsongeval of beroepsziekte, voorzien door de desbetreffende reglementeringen.
De regeling en evaluatie van een blijvende arbeidsongeschiktheid omwille van een arbeidsongeval of beroepsziekte wordt beoordeeld in functie van de algemene arbeidsmarkt (en dus niet alleen in functie van het uitgeoefende beroep cfr. het re-integratietraject zoals hierboven besproken). Vandaar dat een werknemer die definitief arbeidsongeschikt wordt verklaard omwille van een arbeidsongeval of beroepsziekte wel nog steeds het re-integratietraject kan doorlopen en ontslag wegens medische overmacht mogelijk is.
De arbeidsarts start het re-integratietraject op verzoek van:
De preventieadviseur-arts brengt de werkgever op de hoogte zodra hij een re-integratieverzoek ontvangt en brengt de adviserend arts van het ziekenfonds op de hoogte wanneer hij een verzoek om een re-integratietraject van de werknemer of de werkgever ontvangt.
De arbeidsarts nodigt de werknemer uit, onderzoekt de arbeidscapaciteiten van de werknemer en gaat na of het afgesproken werk op termijn kan worden hernomen, mits een aanpassing van de werkpost.
Met de toestemming van de werknemer kan de arbeidsarts overleg plegen met de behandelende arts, de adviserend arts, andere preventieadviseurs of andere personen die kunnen bijdragen tot het slagen van de re-integratie.
De arbeidsarts onderzoekt ook de werkpost en de werkomgeving van de werknemer.
Op basis van deze elementen maakt de arbeidsarts een verslag op, dat wordt toegevoegd aan het gezondheidsdossier van de werknemer, en neemt één van de volgende beslissingen voor zijn re-integratiebeoordeling:
Uiterlijk binnen een termijn van 40 dagen na ontvangst van het re-integratieverzoek maakt de arbeidsarts de re-integratiebeoordeling over aan de werkgever en de werknemer. Hij brengt eveneens de adviserend arts op de hoogte als hij geen aangepast werk voorstelt.
Wanneer de werknemer niet akkoord gaat met de beslissing van definitieve arbeidsongeschiktheid van de arbeidsarts, kan hij hiertegen in beroep gaan.
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst als gevolg van overmacht wegens definitieve ongeschiktheid wordt dus enkel mogelijk nadat het volledige re-integratietraject werd doorlopen, inclusief de beroepsprocedure.
Het nieuwe artikel 34 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten bepaalt uitdrukkelijk:
“de arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of ongeval, waardoor het voor de werknemer definitief onmogelijk wordt om het overeengekomen werk te verrichten, kan slechts een einde maken aan de arbeidsovereenkomst wegens overmacht nadat het re-integratietraject van de werknemer die het overeengekomen werk definitief niet kan uitoefenen, vastgesteld krachtens de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, is beëindigd.
Dit artikel doet geen afbreuk aan het recht om de arbeidsovereenkomst te beëindigen mits een opzeggingstermijn wordt nageleefd of een vergoeding wordt betaald overeenkomstig de bepalingen van deze wet.”
Tijdens een re-integratietraject kan de werknemer slechts één keer de beroepsprocedure aanwenden.
De werkgever maakt in overleg met de werknemer, de arbeidsarts en eventueel andere personen die kunnen bijdragen tot een geslaagde re-integratie, een re-integratieplan op in volgende gevallen:
Het re-integratieplan beschrijft op een zo concreet en gedetailleerd mogelijke wijze één of meerdere van de volgende maatregelen:
De werkgever bezorgt het re-integratieplan aan de werknemer:
De werkgever bezorgt een exemplaar van het re-integratieplan aan de werknemer en aan de arbeidsarts, en houdt het ter beschikking van het Toezicht op de Sociale Wetten.
De werknemer beschikt over een termijn van 5 werkdagen om al dan niet in te stemmen met het re-integratieplan. Indien de werknemer ermee kan instemmen ondertekent hij het re-integratieplan voor akkoord. Indien de werknemer niet akkoord gaat eindigt het re-integratietraject, maar zal hij moeten motiveren waarom hij weigert.
De werkgever moet geen re-integratieplan opstellen wanneer hij na overleg met de werknemer, de arbeidsarts en eventueel andere personen meent dat dit technisch of objectief onmogelijk is, of om gegronde redenen redelijkerwijze niet kan geëist worden. De werkgever moet deze beslissing in een verslag motiveren. Hij deelt dit verslag mee aan de werknemer en aan de arbeidsarts binnen de hierboven beschreven termijnen en houdt het ter beschikking van de met het toezicht belaste ambtenaren.
Als een werknemer definitief ongeschikt is om het overeengekomen werk uit te voeren, is het re-integratietraject beëindigd op het ogenblik dat de werkgever:
De werkgever neemt de verplaatsingskosten van de werknemer verbonden aan het re-integratietraject voor zijn rekening.
De werknemer kan zich gedurende het volledige re-integratietraject laten bijstaan door een vakbondsafgevaardigde van zijn keuze.
De re-integratieprocedure is geen verplichting en dus geheel vrijblijvend, maar het re-integratietraject moet wel opgestart en volledig doorlopen worden, met inbegrip van de beroepsmogelijkheid voor de werknemer, als de werkgever de arbeidsovereenkomst wil beëindigen wegens medische overmacht. De finale beoordeling of er al dan niet sprake is van medische overmacht zal gebeuren op basis van een beslissing bij meerderheid door drie artsen.
De nieuwe reglementering laat toe dat de werkgever nu zelf het initiatief kan nemen om de onzekerheid omtrent de medische situatie van een ongeschikte werknemer op te heffen.
Ellen Keteleer
Juridisch adviseur sociaal recht
03 203 44 04
Ellen.keteleer@embuild.be