-
Zetel Antwerpen
Th. Van Rijswijckplaats 7
2000 Antwerpen
T 03 203 44 00
F 03 232 79 37 -
Zetel Kempen
Kleinhoefstraat 6
2440 Geel
T 014 63 95 70
Ondernemingsnummer BE0627 844 475
13 oktober 2023
Tussen gelijk hebben en gelijk krijgen staat het bewijsrecht. Daarom is het van belang om te weten welke bewijsregels toepasselijk zijn op uw relatie met uw particuliere klant.
Het bewijs van een onderneming, zoals een aannemer, tegen een particulier is “gereglementeerd”. Dit betekent dat de wet bepaalt welke bewijsmiddelen toelaatbaar zijn en wat hun onderlinge hiërarchie is. In principe is een overeenkomst vereist om betaling te kunnen krijgen van uitgevoerde werken. Indien een overeenkomst niet voorhanden is, kan een begin van bewijs nog een uitweg bieden (art. 1347 BW). Is er geen begin van bewijs, zal het nodig zijn om aan te tonen dat het onmogelijk was om een overeenkomst op te stellen (art. 1348 BW).
Het gereglementeerd stelsel staat recht tegenover het “vrij” bewijsstelsel. Het vrij bewijsstelsel laat alle bewijzen toe, zoals getuigen en vermoedens.
Aangezien het bewijsrecht van een onderneming tegen een niet-onderneming gereglementeerd is, kan ik alleen maar het belang van het duidelijk en schriftelijk documenteren van de afspraken tussen partijen benadrukken. Dit om eventuele bewijsproblemen te voorkomen.
Dit geldt evenzeer voor afspraken die in de loop van de uitvoering van de werf mondeling worden gemaakt, zoals meerwerken. Bij gebrek aan een schriftelijke afspraak tussen partijen, kan dit als gevolg hebben dat je als aannemer verstoken blijft van betaling.
Het drempelbedrag voor de toepassing van het gereglementeerd bewijsstelsel is 3.500 euro.
Hieruit volgt dat het bewijs van rechtshandelingen die deze waarde te boven gaan, enkel kan geleverd worden door de bewijsmiddelen die de wet toelaat, met name: een “ondertekend geschrift” (art. 8.15-8.22 NBW).
Voor alle zaken onder de waarde van 3.500 euro is het bewijs vrij. In de praktijk zal het bewijs vrij zijn wanneer je kleinere opdrachten uitvoert voor een particuliere bouwheer.
Het bewijsrecht voorziet een paar uitzonderingen op bovenstaande regels.
Als de tegenpartij mijn factuur niet heeft geprotesteerd, mogen we daar dan een aanvaarding uit afleiden?
Een gebrek aan protest door de particuliere bouwheer geldt niet als aanvaarding. Dit tenzij er sprake is van “omstandig stilzwijgen”. We spreken van een omstandig stilzwijgen wanneer er een feitelijk vermoeden is. En zo’n feitelijke vermoedens zijn enkel toelaatbaar als bewijsmiddel wanneer het bewijs “vrij” is. Dit betekent dat een door de particuliere bouwheer niet geprotesteerde factuur enkel als aanvaard zou aanzien kunnen worden, wanneer dit betrekking heeft op zaken met een waarde onder de 3.500 euro en het stilzwijgen “omstandig” is.